Klassieker vanuit de cockpit. Pilotenjack van lamsvel

In de eerste decennia van de luchtvaart heersten er barre omstandigheden in de cockpits, die piloten bestreden met passende beschermende kleding. Tot de jaren 1920 waren dit voornamelijk leren mackintoshes die in de winter met bont werden gevoerd. Daarna werden heuplange leren jassen die meer bewegingsvrijheid boden populair, waarbij leren jassen met lamsleren kragen en lamsleren jacks bijzonder geschikt bleken. De ANJ-4 uit 1943, die bekend werd als de Army Navy Jacket, was de laatste vliegjas van lamsvel in de Verenigde Staten. Het markeerde dus zowel het hoogtepunt als het einde van een voortdurende verbetering op basis van praktijkervaring die dit werkstuk had ondergaan. De ANJ-4 had versterkingen in paardenhuid op alle bijzonder belaste delen en de snit en het materiaal maakten het comfortabeler om te dragen dan zijn zwaardere voorgangers, wat het onmiddellijk een favoriet maakte bij de vliegtuigbemanningen. De ingewikkelde constructie bleek echter vrij kostbaar en daarom werd de productie al een jaar later stopgezet. Deze omstandigheid en het feit dat de exemplaren die na de Tweede Wereldoorlog overbleven ook zeer populair werden in civiel gebruik, zorgden ervoor dat originelen van de jas vandaag de dag nauwelijks meer te vinden zijn. Ons model volgt het historische voorbeeld tot in het kleinste detail. Het lamsvel wordt geschoren tot een lengte van 16 mm, bijna de gehele bovenmouw en de zomen worden afgezet met paardenhuid.

Algemene productinformatie